↓
Jan Vromman
Het was voor Jan Vromman ooit twijfelen tussen studeren voor licentiaat geschiedenis of filmregisseur. Intussen is het vooral het maken van documentaires geworden en niet weinig betreft het onderwerpen die onderzoek, standpunt, historisch inzicht vragen. Documentaires als Zolang er scheepsbouwers zingen (1999), De kunst van het boomhakken (1993), Le petit jeune homme de Binche (1992) en De geschiedenis van het varken (in ons) (2017) getuigen daarvan. Maar zijn praktijk blijft multimediaal en transversaal. Nieuwsgierigheid dreef de maker ook naar theater, sociaal-artistieke projecten, installaties en zelfs fictiewerk. Het essayistische en de taal zijn essentieel in vele van zijn realisaties. Betrokkenheid en emotie mogen inzicht en analyse niet in de weg staan. Intussen is Jan Vromman ook doctor in de kunsten.
De Boelwerf in Temse sluit en maakt zo een einde aan de scheepsbouw in België. De film geeft een bijzonder gedetailleerd beeld van het einde van een industrie en de sociale strijd die de werknemers voerden.
1995: bedrijfsbezetting, de doodsklokken luiden op de scheepswerf. Deze met emoties beladen constatering staat in contrast met het verhaal van groei en bloei van het bedrijf.
Het zijn wonderlijke jaren, een rechtvaardiger wereld zou mogelijk zijn. De arbeider komt niet alleen tegenover de werkgever voor zijn rechten op, maar ook met de officiële vertegenwoordiging van de vakbonden zijn er spanningen.
Bijna failliet, faling, bedrijfsbezetting, tweede faling, tweede bedrijfsbezetting, uitverkoop, de laatste schepen… Bij het relaas van dit stervensproces komen de vragen omtrent “arbeid en toekomst”.